maandag 11 juni 2012

Vergelijkingen van toen en nu


Vergelijking met…




Kinderliteratuur: In de 18e eeuw kwamen de eerste kinderverhaaltjes en kinderversjes uit de grond. Er bestonden in Nederland al wel vertalingen van o.a. Assepoester, Roodkapje, Klein duimpje en dat soort verhaaltjes. Alleen was het doeleinde van de kinderverhaaltjes toen om de kleine bengeltjes een degelijke opvoeding te geven, en ze tot volwaardige burgers te maken. Vandaag de dag is het meer commercieel gericht. Zoals de verhaaltjes van Carry Slee. Maar de verhaaltjes die toen geliefd waren bij de kinderen zijn vandaag ook nog steeds  geliefde verhalen.





Romantiek in Nederland: In de 19e eeuw had je de kunststroming ‘Romantiek’. Nederland deed hier ook leuk aan mee. Het heerste als een virus. Dichters en schrijvers schreven boeken die niet zo zeer om liefde gaan, maar over de grootsheid van de natuur, tegenover de nietigheid van de mens. Tegenwoordig zie je niet meer veel boeken die zo worden geschreven. Een schrijver die zowel wat met mens als natuur had was Jan Wolkers, maar dat kun je niet met de romantiek uit de negentiende eeuw vergelijken.







Tachtigers: De stroming ‘Tachtigers’ is een literaire reactie op het impressionisme. Hun motto was om je eigen impressie vast te leggen op doek of papier. Het werd niet geaccepteerd eerst, maar uiteindelijk is dit het begin geweest voor de hedendaagse literatuur. Zonder de tachtigers waren er niet boeken als die van Ronald Giphart en Kluun geweest bijvoorbeeld. Ze durfden allemaal vernieuwend te zijn, in hun eigen manier. Zo hebben de schrijvers toen een eigen tijdschrift opgericht, waar ze wel hun werken in mochten publiceren. Niet wetende dat zij de hele Nederlandse literatuur op z’n kop zouden zetten.  

Tijdlijn van de Nederlandse Literatuur

donderdag 8 maart 2012

Dichters uit de Gouden Eeuw, Hooft, Vondel, Bredero en Visscher

1. Wanneer leefden Hooft, Vondel, Bredero en Visscher en wat voor soort literatuur schreven ze voornamelijk?

Hooft:

Pieter Corneliszoon Hooft is geboren op 16 maart 1581 in onze hoofdstad Amsterdam en is gestorven op 21 mei 1647 in Den Haag.

Het werk van hooft is moeilijk te lezen, er zitten veel zinnen in die iets met het latijn te maken hebben, hij gebruikten ook veel worden en zinnen die met het archaïsmen als neologismen te maken hebben. Omdat Hooft dus veel moeilijke worden en zinnen gebruikte zijn er niet veel mensen die al het werk van Hooft gelezen hebben.

Vondel:

Joost van der Vondel is geboren in het plaatsje Keulen op 17 november in het jaar 1587 hij is gestorven in Amsterdam op 5 februari in het jaar 1679.

Vondel maakte vaak gedichten die in protest ergens tegen kwamen, ze zaten ook vol met woede en haat en sterke verontwaardigheid. Vondel heeft niet alleen gedichten geschreven maar ook Toneelstukken.

Bredero:

Gerbrand Adriaansz. Bredero is ook geboren in Amsterdam ook op16 maart maar wel in het jaar 1585. Hij is gestorven in Amsterdam op 23 augustus in 1618.

Bredero schreef niet alleen gedichten maar ook: bruiloftsliedjes lof-en eerdichten en rijmende brieven voor collega’s, vrienden en geliefden.
Bredero’s werk viel erg op door de eerlijkheid en de makkelijks graat in zijn gedichten. Zelfs de normale burgers konden het werk van Bredero begrijpen.
Ook had hij veel kritische uitspraken in zijn werk. Bredero had ook een paar gedichten over het geloof. Ook vond hij liefde een belangrijk theama.

Visscher:

Anna Visscher is ook geboren in Amsterdam in 1583 en overleden in 1651 in Alkmaar. Ze was de dochter van Roemer Visscher, ook een bekende dichter. Haar ouders waren rijke kooplieden, waardoor zij en haar zusje Maria Tesselschade een goede, humanistische opleiding kregen.

Visscher schreef veel gedichten over de rol van de vrouw, en dergelijke. Ze herschreef haar vaders proza, en las gedichten van Hooft, Vondel, Bredero, Cats en Huygens. Ook al was ze een vrouw in een mannenvak, haar werk werd door velen geprezen, onder wie Huygens en Vondel.


2. Wat wilde Hooft bereiken met zijn gedichten en toneelstukken?

Hooft had na zijn bezoeken aan Frankrijk en Italië, waar hij de literatuur uit de renaissance en de oudheid bestudeerde, een missie om de Nederlandse literatuur te moderniseren. In zijn toneelstukken 'Granida', 'Geeraerdt van Velsen' en 'Baeto' waren de humanistische denkbeelden goed te herkenen. Het waren tragedies over het staatsbeleid. De leidingevenden zouden het landsbelang boven hun eigenbelang stellen, en meer aan de minderbedeelden denken. Dit werden populaire toneelstukken, maar de beroemste was de komedie 'Warenar', over een vrek die alles voor zijn geld opoffert, zelfs zijn dochter. Hij wilde de mensen dus duidelijk maken dat ze ook om anderen moesten denken. Dit straalde hij ook uit, door samen met goede vrienden Samuel Coster en Bredero een toneelacademie op te richten, de Eerste Nederduytsche Academie. Op de toneelacademie, alleen voor mannen, werd niet alleen toneelles gegeven maar ook wiskunde, geschiedenis, creatief schrijven en filosofie. Met als uitganspunt Hooft's gedachten.


3. Waarom zijn de liefdesgedichten van Hooft zo beroemd geworden?

Hooft kwam uit een gegoede familie, en heeft een goede opleiding gehad. Hierdoor kon hij zich verdiepen in de literatuur. Ook kon hij hierdoor kennis maken met de Franse en Italiaanse renaissance, hij gebruikte zijn nieuwe kennis om de Nederlandse literatuur moderner te maken. Hij werd beroemd door zijn poezië en liederen. Het leek alsof Hooft het zo uit zijn mouw schudde, en combineerde elegante en concrete voorbeelden met diepere gedachten. Hij was vaak verliefd, dat lees je goed in zijn gedichten terug, de gevoelens tussen wanhoop en geluk. Dit vonden de mensen leuk om te lezen, en werd ondanks de moeilijke woorden goed begrepen.


4. Welke onderwerpen gebruikte vondel graag in zijn toneelstukken? En in zijn gedichten?

Een van Vondels bekendste toneelstukken is Gijsbert van Aemstel. Het gaat over de belegering van Amsterdam door de dorpen die er omheen liggen. Aanleiding is de betrokkenheid van Gijsbrecht bij de ontvoering en doodslag van Floris V in 1296. De vijandelijke soldaten lijken zich terug te trekken, maar duiken als gevolg van een list van het personage 'Vosmeer, de Spie' onverwacht weer op. Gijsbrecht wordt na hevige gevechten gedwongen, met zijn vrouw Badeloch en hun kinderen, naar Pruisen te vluchten, om daar een Nieuw Holland te stichten. De toneelstukken die Vondel schreef waren vooral tragedies en drama’s. Ook zijn gedichten zijn niet echt vrolijk, ze gaan vaak over protest tegen de staat en er zit vaak ook echt haat en woede.


5. Hoe moest de toekomst van de Nederlandse literatuur er volgens Vondel uitzien?

Omdat Vondel uit een eenvoudig milieu kwam had hij nooit de kans gehad om Latijns of Grieks te leren. Dit leerde hij zichzelf aan zodat hij Latijnse en Griekse teksten kon lezen. De Amsterdamse professor Vossius leerde hem de theorieën van Horatius en Aristoteles. Hun theorieën inspireerde Vondel. Vondel wilde een Nederlandse literatuur die niet onder deed voor de Latijnse of Griekse en waarin de christelijke waarden op de voorgrond stonden. Hij beoefende bijna alle literaire genres die Nederland in de renaissance kende: emblemen, gedichten, liederen, toneelstukken en het epos. Zijn retorisch talent kwam goed van pas, zoals in het beroemde gedicht Kinder-lyck, bij de dood van zijn zoontje Constantijn, dat nog geen jaar oud was (1632).


6. Hoe komt het dat over Bredero zoveel onjuiste verhalen bekend zijn?

Bredero is de bekendste dichter die de liefde bezong in zijn tijd. Maar omdat zijn gedichten pas na zijn door uitgegeven werden, is er weinig over Bredero te vertellen. Hij leek op het eerste gezicht op een vrolijke Frans die een ongelukkige minnaar was die door Amsterdam zwalkte, en die aan het einde van zijn korte leven gelovig werd. Dit laatste was een verzinsel. Wat wel waar is dat Bredero barste van het talent, en dat zijn gedichten altijd zeer realistisch en oprecht waren. De reden dat de verhalen over hem veelvuldig onjuist waren was dat de uitgever Van der Plasse, die zijn werken na zijn dood uitgaf, zijn gedichten op had gerangschikt. In die tijd was een bundel in 3 delen. Dus de gedichten werden in de categorieën 'Boertig', 'Amoureus' en 'Aandachtig' gerangschikt. In de vroege twintigste eeuw kende men deze gewoonte niet meer, en nam aan dat dit biografische informatie was over Bredero, over zijn levensfases. Nu weten wij gelukkig hoe het zat.


7. wat weten we over de volgorde waarin Bredero zijn gedichten heeft geschreven.


De gedichten van Bredero zijn niet na elkaar maar tegelijkertijd doorelkaar heen geschreven. Een uitgever genaamd van der Plasse heeft na de dood van Bredero al zijn gedichten in een bepaalde categorie gezet: boertig, amoureus en aandachtig. Wat wel opvallend was, is dat de categorieën van zijn gedichten ook een beetje zijn levens fasen waren. Dit heeft van de Plasse niet expres gedaan. hij heeft dit gedaan omdat in de tijd dat Bredero leefde dit ook een beetje de 3 delen waar uit de poëzie boeken in die tijd bestonden. In het begin waren zijn gedichten nog een beetje vrolijk, later kwamen de onbekommerde teksten en hij sloot af met gedichten over het geloof. Vrolijk, onbekommerde teksten en gelovige teksten zijn eigenlijk een beetje het zelfde als boertig, amoureus en aandachtig. 



8. Waarom is er geen dichtbunel op naam van Anna Visscher verschenen?

Ze schreef zelf veel gedichten, en droeg bij aan verschillende bundels. Ook heeft ze een stukje proza in haar vaders dichtbundel geschreven. Wel heeft ze 32 gedichten in een sierlijk handschrift geschreven in een boekje met een perkamenten omslag. Dit boekje noemde ze 'Letterjuweel'. Doordat haar moeder overleed moest zij voor het huishouden zorgen, dit koste veel tijd. Ze schreef in een brief 'de huiszorg weegt als lood'. Hierdoor had ze weinig tijd om te schrijven. Toen ze al 40 was trouwde ze pas, erg laat voor die tijd, schreef ze vrijwel niets meer. Dit werd toen verwacht van je als vrouw. Daarom is er nooit een dichtbundel op haar naam verschenen.



9. Wat weten we door het voorbeeld van Anna Visscher over de ideeën die er in de 17e eeuw waren over de taak van vrouwen?

Wat is ’t anders als fraai?

Die anders niet en kan als zingen, spelen, tuiten,
is geenszins fraai zo deugd en eerbaarheid staan buiten.
Een vrouw die niet als zingt en tuit,
die gaarne danst, en die de luit
schier nimmer uit haar handen leit,
fij, fij, dat is lichtvaardigheid.
Maar is het niet een hemel schier
te zien hoe dat een geestig dier
met zang of spel haar man verkwikt
als ’t nodig huiswerk is verricht?
Misbruik verkeert het zoetste zoet
in walgelijk en bitter roet,
ja, heilzaam nutte medicijn
t’ontijds gebruikt, keert in venijn.
Dan die zijn oog op ’t eeuwig slaat,
de tijdelijke fraaiheid laat,
die met al ’t wereldse gespook
verdwijnen zal als wind en rook.

Dit gedicht is herschreven door Anna, uit haar vaders embleembundel Sinnepoppen. Het orgineel was Proza, en Anna heeft er Poëzie van gemaakt. Dit was in 1620. Een jaar eerder was haar moeder overleden, en moest zij de huishoudelijke taken overnemen, zoals ze zelf zei: 'De huiszorg weegt als lood'. Maar ze deed het toch. Dit was een van de dagelijkse taken uit het leven van een vrouw in de 17e eeuw. Uit het gedicht kun je halen dat vrouwen er waren om de mannen te vermaken, en dat ze mee moesten kunnen praten met de mannen. Over verschillende onderwerpen, men wilde namelijk geen lichtzinnige echtgenote. Dat was wat Anna's vader Anna en haar zus Maria Tesselschade meegaf. Anna benadrukte dit nog eens door te zeggen: 'De echtgenote mag eerst het huishouden doen en mag daarna haar man opvrolijken. Afleiding is nuttig, maar met mate; bij de dood zal er immers niets van overblijven'.



10. Vondel, Bredero en Anna Visscher waren bevriend met Hooft. Hebben ze ook dezelfde ideeën over het schrijven van gedichten en toneelstukken?


Bredero had wel dezelfde ideeën over het schrijven van gedichten en toneelstukken. Hij zat samen met Hooft in het bestuur van de 'Nederduytsche academie', die ze ook samen oprichtten. Bredero's gedichten waren wel wat platter, en iets minder diepgaand. Vondel zijn gedichten en toneelstukken zijn daar in tegen een stuk serieuzer dan beiden. Ze hebben kritiek op de maatschappij, en zijn ook niet voor plezier bedoeld. Er werdt over zijn stukken ook vaak gezegd dat ze te moeilijk waren. Dit is dus niet te vergelijken met de gedichten en toneelstukken van Hooft. En voor zover bekend zijn er geen toneelstukken van Anna Visscher. Ze kon makkelijk meekomen in de mannenwereld van het dichten. En schreef ook vaak met hun. Haar gedichten gingen vaak over religie en de maatschappij. De ideeën zijn er mee te vergelijken, alleen wel anders.


11. zijn er moderne schrijvers die net als Hooft, Vondel, en Bredero gedichten en toneelstukken schrijven? Of anders romans en toneelstukken/ romans en gedichten.


Hugo Claus:
Een moderne schrijver die romans, toneelstukken en gedichten schreef is de Belg Hugo Claus. Een hele bekende roman die Hugo Claus geschreven is het verdriet van België. Hugo is geboren op 5 april in het jaar1929 in Antwerpen en is nog niet zo heel lang geleden namelijk in 2008 overleden. Hij heeft meer als 1000 gedichten geschreven, tientallen toneelstukken en 20 romans.
Kester Freriks
Deze man is geboren in Indonesië, maar toen hij 3 jaar oud was is hij naar Nederland gekomen. ook hij heeft gedichten, toneelstukken en romans geschreven. Hij is als het goed is nog in leven.

De Nederlandse Dichters

Zoals wij hebben gezegd gaan wij iets vertellen over de Nederlandse literatuurgeschiedenis, en in het bijzonder iets over de dichtkunst. Tijdens de 17e eeuw, ook bekend als de Gouden Eeuw, had Nederland niets te klagen. Ook niet in de literatuur, een aantal schrijvers en dichters zijn erg belangrijk geweest voor de Nederlandse literatuurgeschiedenis. Denk aan Pieter Corneliszoon Hooft, waar de P.C.Hooftstraat in Amsterdam naar is vernoemd. Ook Joost van den Vondel, waar de Vondelstraat en het Vondelpark naar zijn vernoemd. We gaan jullie ook wat vertellen over Gerbrand Adriaanszoon Bredero en Anna Visscher.

woensdag 29 februari 2012

Wij en ons literatuurblog

Voor wij beginnen met bloggen over de Nederlandse Literatuur, gaan wij ons eerst even voorstellen:
Wij zijn Priscilla, Marije en Rachelle. We zitten in 4 Havo op het Marnix College.

We hebben een opdracht gekregen om een blog te maken over de Nederlandse Literatuur. Van het allereerste begin tot nu, in 2012. Ook hebben wij een extra onderwerp gekozen waar wij heel veel over gaan vertellen. De Nederlandse Dichters, en Nederlandse gedichten.
We hopen jullie veel te leren hier over.

Groetjes van Priscilla, Marije en Rachelle